De Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij

8acbb0a8-9047-4883-b661-2fd93c0f8f4f-1

In 1847 en 1848 reist  Adriaan van Bevervoorde verschillende malen van Den Haag naar Brussel en vice versa. In juni 1847 was het spoortraject van Den Haag naar Rotterdam geopend. Hoe de jonkheer reisde weten we niet, misschien ging hij het hele traject per diligence. Tot Brussel kon hij nog niet per trein omdat er nog geen aansluiting op het Belgische spoorwegnet was. Tussen Rotterdam en Antwerpen moest hij dus iets anders. Er was wel een stoombootdienst tussen die steden.

Om kort te gaan. Ik laat hem de trein tot Rotterdam nemen. Maar hoe ging dat er toen aan toe? In de Koninklijke Bibliotheek is een prachtige jubileumuitgave, getiteld ‘Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij 1839 -1889.

De afbeeldingen (met uitzondering van de foto) zijn uit dat boek afkomstig.

De ontvanger (wij zouden zeggen de stationschef) was verantwoordelijk voor het reilen en zeilen op het station.

De eerste machinisten hadden een wit pak.  Gelukkig maar dat de eerste locomotieven op cokes werden gestookt i.p.v. steenkool. De verbranding van cokes veroorzaakt namelijk vrijwel geen roet.

ontvangertekst

Van Bevervoorde zat in mijn verhaal al bijna op een houten bankje in een wagon met een gangpad in het midden, maar zo zagen de eerst wagons er niet uit. Het waren meer een soort karren waarin banken waren geplaatst.

Er waren drie klassen: diligence (eerste klasse); char a bancs (tweede klasse) en waggons (derde klasse).

De diligences waren lichtgroen geschilderd. Het waren geheel gesloten wagons. Aan de korte zijden stonden twee lange banken met elk plaats voor vijf passagiers en verder vier kleinere banken met plaats voor twee personen. De zittingen en rugleuningen waren overtrokken met blauw laken dat was opgevuld met paardenhaar.

img_e04041.jpg

De char a bancs waren geel geschilderd. De zijwanden bestonden uit houten panelen met glazen vensters. In deze wagons waren zes banken geplaatst met elk plaats voor zes passagiers. De bekleding was opgevuld met koeienhaar opgevuld. De leuningen waren van ijzer.

De waggons waren donkerbruin. De zes banken in deze wagons waren hout en hadden geen bekleding. De openingen in de zijwanden werden voorzien van gordijnen van zijldoek. aan de zijwanden gedeeltelijk open.

De eerste locomotieven waren de Arend en de Snelheid.

arend

IMG_E0407

Van de Arend  en de verschillende wagons zijn in 1939 replica’s gemaakt, die zich in het spoorwegmuseum in Utrecht bevinden.

 

4 gedachten over “De Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij

Geef een reactie op Anne Mieke Vermeulen Reactie annuleren